Het eerste officiële duel tussen de meest succesvolle clubs uit de Lage Landen is onbeslist geëindigd. Ajax kwam bij Anderlecht niet verder dan een gelijkspel (1-1). De ploeg van Jol gaf net als AZ tegen Standard een voorsprong uit handen.
Ajax speelde in het voormalige Astridpark aanvankelijk een goede wedstrijd met veel balbezit en een veldoverwicht. Toch leverde dat allemaal maar weinig op, omdat Luis Suarez weer eens een avond had waarbij hij zich van de echte toppers onderscheidt door op de beslissende momenten te falen. De hoofdstedelijke mediacampagne voor de aanvaller uit Montevideo doet soms aandoenlijk aan, maar hij had beter tegen Slovan Bratislava een paar treffers kunnen bewaren voor het echte werk. In de Europa League staat hij voorlopig op nul, terwijl hij toch echt drie uitgelezen kansen kreeg om de score te openen. Ajax hoeft op deze manier in ieder geval niet te vrezen voor een tussentijdse transfer.
Uiteindelijk hielp de oer-PSV’er Dennis Rommendahl Ajax bijna nog op weg naar de zege. De Deen sloop de bal in het doel in de 72e minuut. Toch was deze treffer niet voldoende voor de winst want Legaer maakte vijf minuten voor het einde voor de vice-kampioen van België gelijk. Dat gebeurde op een moment dat Ajax vanwege de rode kaart van Van Damme al met een man meer op het veld stond. De oud-Ajacied had zich dom laten gaan tegenover Demy de Zeeuw. Ajax was uiteindelijk weer niet de morele winnaar met dit resultaat. Door de late gelijkmaker hield Anderlecht de ongeslagen status tegen Nederlandse tegenstander in Europa in stand. Eerder wisten Roda JC, FC Twente en PSV al niet te winnen van de paarswitte club.
In de andere wedstrijd in deze groep bewees Dynamo Zagreb dat Timisoara helemaal geen zware tegenstander hoeft te zijn. De kampioen van Kroatië won met 3-0. Badelj, Campos en Morales zorgden voor de treffers.