Espanyol opent vandaag de poorten van zijn nieuwe onderkomen. De tweede club uit Barcelona zal met een thuiswedstrijd tegen Liverpool het stadion in Cornelia-El Prat openen en aan nieuw tijdperk beginnen.
In de afgelopen veertien seizoenen speelde Espanyol in het Olympische stadion op de Montjuic, maar dat was niet echt het huis van de blauwwitte club. Het mythische stadion Sarrià werd in 1997 afgebroken en vanaf dat moment had de club geen thuis meer. Daar komt vanavond verandering in. Bij Espanyol zal de van De Graafschap gekomen (en van Chelsea overgenomen) Ben Sahar samen met de Japanner Nakamura (Celtic) zijn debuut voor het eigen publiek maken.
Het gloednieuwe stadion heeft een capaciteit van 40.000 plaatsen en heeft 90 miljoen euro gekost. Het stadion ligt net buiten de gemeentegrens van Barcelona in El Prat de Llobregat, aan de zuidkant van de metropool. Het terrein waarop het stadion was in het begin van de jaren zeventig een van de felste Catalaanse demonstratieplekken tegen dictator Franco. Espanyol speelde in 2007 nog de finale om de UEFA Cup, maar verloor net als 1988 die eindstrijd door een serie strafschoppen. In deze eeuw won de club ook tweemaal de Copa del Rey, in 2000 en 2006.