Aan de crisis van Juventus lijkt voorlopig geen eind te komen. De Oude Dame, die dinsdag door Bayern werd afgeschminkt in de Champions League, verloor zaterdag bij Bari en kan de landstitel ook wel op haar buik schrijven.
Het was de vierde nederlaag in de laatste vijf duels voor de ploeg van trainer Ciro Ferrara, die langzaam maar zeker onder grote druk komt te staan. Hem wordt verweten dat de ploeg zijn opdrachten niet uitvoert. Promovendus Bari begon sterk aan de wedstrijd en stond al na zeven minuten op voorsprong door een doelpunt van Meggiorini. Juve kwam daarna nog wel terug met een goal van Trezeguet. Op slag van rust ging het echter mis, toen Barreto een penalty benutte, nadat hij onderuit was gehaald door Cannavaro. Juventus reageerde machteloos en was na rust nauwelijks bij machte om iets aan de achterstand te doen. Steraankoop Diego, die nu in Turijn zwaar wordt bekritiseerd, miste zelfs een strafschop. In de slotfase zorgde oud-speler Almiron voor de knock-out: 3-1.
Eerder op de avond hadden Cagliari en Napoli in een ouderwets mediterrane wedstrijd voor een van emoties golvende wedstrijd gezorgd. De Napolitanen leken een mooie zege te gaan toen Lavezzi halverwege de eerste helft op voorsprong zette. Toen Pazienza voor 2-0 zorgde in de 65e minuut, leek het duel beslist. Maar plotseling kwam er een Sardische vloedgolf en tussen de 75e en 89e minuut werd het 3-2 door goals van Larrivey, Matri en Jeda. Diep in de blessuretijd zorgde Bogliacino voor de eindstand: 3-3. Na de wedstrijd kreeg Lavezzi een rode kaart omdat de bal keihard naar Cagliari-trainer Allegri schoot als reactie op de late gelijkmaker.
