AC Milan mag zich na vier seizoenen weer de koploper van de Serie A noemen. De roodzwarte club, die nog altijd regerend wereldkampioen is, pakte de eerste plaats door Napoli te verslaan met 1-0. Ronaldinho zorgde voor de enige goal.
Die treffer viel pas toen het legioen van Milan-fans de hoop op een succes al leek te hebben opgegeven. Ronaldinho scoorde in de 88e minuut uit een directe vrije trap, die door de Argentijn Denis van richting werd veranderd. Een minuut eerder doelman Iezzo nog een strafschop van Kaka gestopt en leek Napoli zijn koppositie te kunnen behouden.
De overwinning van Milan was zeker verdiend, maar toch was het geen grootse prestatie van de thuisploeg, die meer dan een helft met een man meer speelde. Maggio werd in de 43e minuut van het veld gestuurd voor een tweede gele kaart. Milan was de bovenliggende partij en leek halverwege de eerste helft op voorsprong te komen met een kopbal van Ambrosini, maar die werd op de doellijn weggewerkt door Blasi.
Na rust nam de druk toe maar Pato miste een enorme kans en Kaka schoot op de paal voordat de hete slotfase uiteindelijk toch een winnaar zou aanwijzen. Door dit resultaat heeft Milan nu een punt meer dan Udinese en Inter. In april 2005 stond Milan voor het laatst alleen aan kop.