Polen gaf zijn visitekaartje af door met 2-0 te winnen van Tsjechië. De ploeg van Leo Beenhakker stond al binnen een half uur ruim voor door treffers van Lobodzinski en Lewandowski.
Denemarken won met 2-1 bij Slovenië. Jon-Dahl Tomasson opende de score uit een strafschop en Arsenal-spits Bendtner maakte de winnende goal voor de Denen. Robinho hielp Brazilië aan een 1-0-zege bij Ierland. Noorwegen (tegenstander van Oranje op weg naar WK-2010) ging met 3-0 ten onder bij Wales. Fletcher en Koumas (2x) zorgden voor de goals. Macedonië speelde tegen Servië met 1-1 gelijk. Lazovic maakte vlak voor rust het eerste doelpunt en een kwartier na de pauze zorgde Noveski voor de gelijkmaker.
